Heb ik ADHD of autisme? Waarom de grens moeilijk te trekken is

Het gaat niet om het onderscheiden van ADHD en autisme, maar om het delen van die problemen. “We zijn allemaal een beetje autistisch” met daarnaast een vleugje ADHD.

Een paar weken geleden schreef Suus het artikel “20 trekjes die iedereen met autisme herkent”. Ik heb dat artikel met veel interesse gelezen, omdat ik, net als veel anderen waarschijnlijk, veel dingen herken. Toch scoorde ik tijdens gesprekken met psychologen op de ‘schaal van autisme’ vrij laag.

ADHD of autisme

Ik denk dat het onderscheid tussen de vele psychische aandoeningen die de DSM-V beschrijft vaak erg ‘blurry’ is. De grenzen zijn wazig. Het is niet voor niets dat een aanzienlijk deel van de mensen die zich herkent in een bepaald label, zich ook herkennen in kenmerken van andere aandoeningen. En mentale problemen blijven vooral subjectief: het is vaak niet vast te stellen aan de hand van bloed- of lichamelijk onderzoek.

Met deze dingen in het achterhoofd heb ik de 20 trekjes die Suus beschrijft nog eens gelezen, en een paar gedachtegangen onder elkaar gezet. Dit om te laten zien wat mogelijke verschillen zijn tussen ADHD en autisme, maar ook om te laten zien dat mentale problemen vooral erg persoonlijk zijn en daardoor moeilijk te categoriseren.

Overprikkeld raken door verandering en alles op dezelfde manier willen doen

In de media, via mijn omgeving of op een andere manier hoor ik vaak dat mensen denken dat iemand met ADHD structuur in zijn of haar leven heeft. Dat ze met 20 dingen tegelijk bezig zijn en heel impulsief dingen ondernemen. Dit beeld klopt vast voor veel ADHD’ers en gedeeltelijk ook voor mij, al spelen die 20 dingen zich voornamelijk in mijn hoofd af.

Tegelijkertijd weet ik al een poosje dat ik ADHD heb en heb ik heel veel tools aangeleerd gekregen die mij in het dagelijks leven helpen. Een belangrijk methode die ik toepas, is júist routine in mijn leven aanbrengen. Ik leg mijn sleutels altijd op de koelkast als ik thuiskom, ik eet op vaste dagen met vrienden, ga op vaste dagen sporten. Die regelmaat biedt houvast.

Daardoor kan het zijn dat ik heel gestructureerd overkom op mensen die mij niet zo goed kennen, maar het aanbrengen van die structuur gaat dus niet vanzelf. Als ik zo’n routine dan helemaal heb aangeleerd, dan vind ik het heel erg moeilijk als er dingen veranderen. Ik kan helemaal in paniek raken als die sleutels nog in mijn tas zijn blijven zitten bijvoorbeeld.

Ik herken dus het niet altijd goed om kunnen gaan met verandering. Daarbij is een groot verschil dus dat ik dingen niet per se op dezelfde manier wil doen, maar vooral doe omdat ik weet dat dat verstandiger is.

Lees ook: Ik heb autisme, ook al zie je dat niet aan mij

Focus

Suus beschrijft ook het zo opgaan in je interesses, dat je al het andere om mij heen vergeet. Dit herken ik volledig. Zo kan ik uren doorbrengen op de website van het farmaceutisch kompas en kan ik je zodoende heel veel vertellen over de bijwerkingen van een willekeurige maagbeschermer of NSAID.

Of die kennis me nou echt verder gaat helpen in het leven betwijfel ik, maar de uren vliegen voorbij terwijl ik de bijsluiters uitpluis. Ik ben soms dus mega gefocust op één ding, maar dat is niet altijd datgene waar ik me het beste op kan richten.

Knuffelen ter begroeting is niks voor mij

Ik denk dat dit niet alleen komt door mentale toestanden, maar ook gewoon door wie ik ben. Ik hoor weleens dat ik duidelijk uitstraal een handdruk boven de “heeeee hoe is het” met bijbehorende knuffel te verkiezen. Niks mis mee volgens mij, ieder z’n voorkeur. Wel heb ik een vrij gespannen lijf, wat ervoor zorgt dat ik een onverwachte aanraking niet echt als chill ervaar.

Als iemand me een goedbedoeld kneepje in mijn arm of been wil geven, dan doet dit vaak oprecht pijn. Het ongemakkelijke aan fysiek contact met mensen die je niet zo goed kent, heb ik ondertussen maar gewoon geaccepteerd. Ik herken dit trekje dus zeker, maar ik weet niet of de achterliggende redenen hetzelfde zijn als die van mensen met autisme.

Zoveel mensen zoveel meningen

Naast herkenning, waren er ook een aantal dingen die juist totaal niet herken bij mezelf. De vraag ‘hoezo denk niet iedereen hetzelfde als ik?’ is daar een voorbeeld van. Als ik met meerdere mensen tegelijk in één ruimte over hetzelfde onderwerp praat, dan voel ik aan dat er zóveel verschillende meningen zijn onder die mensen (tenminste, dat denk ik dan te merken, ernaar vragen durf ik lang niet altijd).

Die enorme verscheidenheid aan vibes overvalt me dan vaak. Dit kan ervoor zorgen dat ik dan bijna niks meer zeg. Aan de andere kant ben ik wel iemand met zelf ook een sterke mening. Als ik me dan op mijn gemak voel, kan ik soms keihard de discussie aangaan. Voor mij zijn die discussies heel leuk en leerzaam, ik trek me de dingen die gezegd worden niet persoonlijk aan. Ik ga er dan vol in (over focus gesproken).

Maar niet iedereen vindt discussiëren een ontspannen aangelegenheid en sommigen trekken zich dingen juist wel aan. Hier ben ik me dan in het moment zelf niet bewust van, maar als ik dan weer alleen ben, dan voel ik me vaak heel erg schuldig. Dan overdenk ik het gesprek en bedenk me weer dat er heel veel meningen zijn en ben ik bang de mijne aan anderen te hebben opgedrongen.

Ik kan me dan juist goed voorstellen dat mensen anders over dingen kunnen denken en bedenk me verschrikt dat ik dat wellicht helemaal niet goed genoeg heb laten merken. Nu is die onzekerheid ook onderdeel van jongvolwassen zijn, maar soms tuimelen de nuances en twijfels over elkaar heen in mijn hoofd.

Ook interessant: Interview: Hoe is het om een relatie te hebben met een ADHD’er?

So what?

Wat wil ik met dit alles nou zeggen? Geen idee. Ik denk gewoon dat het goed is om je bewust te worden van de overlap en de verschillen die er zijn tussen bijvoorbeeld autisme en ADHD en dat er verschillende oorzaken kunnen zijn voor dezelfde problemen. En dat het categoriseren van psychische klachten niet betekent dat je de klachten van elkaar kunt scheiden.

Dit geldt ook voor mensen zonder ADHD die zich wel herkennen in sommige problemen. Het gaat dan niet om het onderscheiden van ADHD en autisme, maar om het delen van die problemen. “We zijn allemaal een beetje autistisch” met daarnaast een vleugje ADHD.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *