Vanaf 1 augustus t/m 7 augustus 2021 is de Internationale Week van de Assistentiehond. Deze week is in het leven geroepen om alle assistentiehonden te eren voor het werk dat zij verrichten. Daarnaast is deze week er om bewustzijn te creëren en voorlichting te geven over hoe je het beste met assistentiehonden kunt omgaan.
In dit artikel bespreken we zes veelvoorkomende misvattingen over assistentiehonden (en hun baasjes). Ook krijg je uitleg over de verschillende soorten assistentiehonden die er zijn. Daarnaast leg ik uit over de psychiatrische assistentiehond, die steeds meer in opkomst is.
Misvatting #1: Assistentiehonden zijn er enkel voor blinden en slechtzienden
De meeste mensen kennen wel blindengeleidehonden, maar er zijn nog vele andere assistentiehonden. Zo zijn er ook ADL (Algemeen Dagelijkse Levensverrichtingen)-hulphonden voor bijvoorbeeld mensen in een rolstoel, signaalhonden voor auditief beperkten, medische detectiehonden voor mensen met epilepsie of diabetes en psychiatrische assistentiehonden voor mensen met bijvoorbeeld PTSS, anorexia of autisme.
Psychiatrische assistentiehonden zijn veel minder bekend dan blindengeleidehonden. Aan hun baasje kun je ook niet zien waarvoor zij een assistentiehond hebben. Dit kan soms tot onbegrip leiden. Een assistentiehond met een baasje met een onzichtbare handicap wordt namelijk vaker de toegang tot een openbare gelegenheid geweigerd dan een baasje met een zichtbare handicap. Dit terwijl volgens het
Een psychiatrische hulphond kan vele taken vervullen afhankelijk van de hulpvraag van zijn baasje. Zo kan een PTSS-assistentiehond leren om zijn baasje wakker te maken uit een nachtmerrie, of deze uit een dissociatie of herbeleving te halen. Daarnaast kan een assistentiehond leren om een dreigende paniek- of angstaanval van zijn baasje aan te voelen komen en hiervoor te waarschuwen.
Een assistentiehond kan een sociaalangstige baas helpen om toch de straat op te durven. Of een assistentiehond kan voorkomen dat zijn baas dwanghandelingen uitvoert of tegenhouden bij automutilatie. Bovenal biedt een hond gezelschap, troost en afleiding. En uiteraard geeft een hond structuur maar ook zingeving aan je leven.
Een psychiatrische assistentiehond kan dus in veel situaties helpen. Steeds meer mensen met psychische problemen kiezen er dan ook voor om een harig maatje in huis te nemen. Dit kan zijn omdat een assistentiehond kan bijdragen aan hun behandeling en herstel. Maar ook omdat iemand is vastgelopen binnen behandeling en daarom naar een alternatief zoekt. Mensen met complexe problematiek lopen vaker vast binnen de GGZ en krijgen nogal eens met afwijzingen te maken; een hond zal je nooit afwijzen.
Lees ook: Hoe overleef ik de wachtlijsten en bureaucratie in de GGZ?
Misvatting #2: Een psychiatrische assistentiehond is hetzelfde als een therapiehond
De begrippen ‘assistentiehond’, ‘hulphond’, ’therapiehond’ en ‘buddyhond’ worden vaak door elkaar gebruikt. Een therapiehond is echter een hond die wordt ingezet door een hulpverlener bij zijn of haar cliënten. Deze honden zijn dus niet opgeleid om hun baas te ondersteunen maar ondersteunen de cliënten van hun baas. Deze honden bieden een bepaalde doelgroep of meerdere doelgroepen emotionele steun. Voorbeelden van dit soort doelgroepen zijn patiënten in de ziekenhuizen, hospices en verpleeghuizen, maar ook leerlingen met faalangst of op het speciaal onderwijs.
Een hulphond of assistentiehond daarentegen is opgeleid om zijn of haar baasje te ondersteunen bij zijn of haar specifieke zorgbehoefte. De termen ‘hulphond’ en ‘assistentiehond’ worden vaak door elkaar gebruikt. Hieronder vallen de blindegeleidehonden, ADL-hulphonden, de signaalhonden, de medische detectiehonden en de psychiatrische assistentiehonden.
De term ‘buddyhond’ wordt door sommige mensen en organisaties, waaronder het KNGF (Koninklijk Nederlands geleidehonden fonds), gebruikt voor honden die hun baasje sociale steun bieden. Denk hieraan aan mensen met PTSS of autisme. Of je de term ‘assistentiehond’ of ‘hulphond’ gebruikt is een kwestie van smaak. Voor de duidelijkheid zal ik in de rest van dit artikel gebruik maken van de term assistentiehond.
Misvatting #3: Alleen golden retrievers en labradors kunnen assistentiehond worden
Vooral de golden retriever en de labrador zijn bekende rassen als het gaat om assistentiehonden. Deze rassen worden dan ook veel ingezet als blindengeleidehond. Maar deze rassen zijn zeker niet de enige rassen die geschikt zijn om als assistentiehond te dienen. Ook Duitse herders, poedels en doodles komen veel voor, maar zeker als psychiatrische assistentiehond kunnen honden van allerlei rassen geschikt zijn.
Het feit dat een pup van een bepaald ras is geeft zeker geen zekerheid over of een hond geschikt is als assistentiehond. Om te kijken of een pup geschikt is als toekomstige (psychiatrische) assistentiehond wordt deze rond de leeftijd van 7 weken getest. Hij wordt dan getest op sociaal gedrag, stabiliteit, herstelvermogen (bijvoorbeeld na een hard geluid), doorzettingsvermogen en werklust. Zo kan het zo zijn dat van eenzelfde nest er maar een hond geschikt is om opgeleid te worden tot assistentiehond.
Misvatting #4: Assistentiehonden zijn zielig
Sommige mensen denken dat het zielig is voor een assistentiehond dat hij moet ‘werken’. Maar deze honden zijn speciaal uitgekozen op hun eigenschap dat zij graag taken verrichten voor hun baasje, ze worden hierdoor mentaal uitgedaagd. Daarnaast zijn deze honden niet continu aan het werk, ze hebben ook vrije tijd waarin ze wel met andere honden mogen spelen of met mensen mogen knuffelen. Ook hebben deze honden een ‘normale’ puppytijd waarin zij mogen spelen en opgroeien in een gastgezin of bij hun baasje zelf waar ze heel veel liefde een aandacht krijgen.
Ook vinden mensen het vaak zielig dat assistentiehonden, terwijl zij aan het werk zijn, niet geaaid mogen worden. Of een hond aan het werk is kun je meestal zien aan zijn tuigje. Alhoewel er geen algemeen tuigje bestaat voor assisententiehonden, staat er wel vaak op aangegeven dat het gaat om een assistentie- of hulphond (in opleiding). Daarnaast of in plaats daarvan staat er dat je de hond niet dient af te leiden of te aaien.
Maar niet iedereen houdt zich hieraan. Of mensen leiden op een andere manier de assistentiehond van zijn werk af. Bijvoorbeeld door oogcontact te zoeken met de hond of door jouw eigen hond contact te laten maken met de assistentiehond. Vaak beseffen mensen niet dat zij het baasje hiermee in een gevaarlijke situatie kunnen brengen doordat de hond zijn werk niet meer goed kan doen.
Misvatting #5: PTSS-assistentiehonden zijn er enkel voor ex-geüniformeerden
PTSS is onder veel mensen vooral bekend als een psychische stoornis onder oorlogsveteranen. Het KNGF is de bekendste organisatie wat betreft assistentiehonden. Zij werken samen met het Nederlands Veteraneninstituut en leiden PTSS-honden enkel op voor ex-geüniformeerden zoals veteranen, politieagenten en brandweerlieden. Er is hierdoor gelukkig een budget beschikbaar om PTSS-assistentiehonden te vergoeden voor ex-geüniformeerden en bewustzijn te creëren voor deze doelgroep.
Het is echter een misvatting dat PTSS voornamelijk voorkomt bij ex-geüniformeerden. Volgens enquetes van het WHO zijn wereldwijd slechts 7.3% van PTSS-gevallen oorlogsgerelateerd. PTSS komt veel vaker voor bij bijvoorbeeld slachtoffers van fysiek geweld en seksueel misbruik (46.4%). Psychiatrische assistentiehonden kunnen voor deze doelgroep natuurlijk evengoed een grote aanwinst zijn.
Misvatting #6: Assistentiehonden worden vergoed door de zorgverzekeraar
Een psychiatrische assistentiehond kost al snel 20.000 euro. Daarnaast komen er maandelijkse kosten bij voor voeding en verzorging van de hond en jaarlijkse kosten voor o.a. dierenartsbezoeken. Je zou kunnen denken dat de zorgverzekeraar dit in alle gevallen vergoed. Echter vergoedt de zorgverzekeraar helaas enkel blindengeleidehonden, signaalhonden en ADL-hulphonden.
De gemeente wil wel eens bijdragen aan een vergoeding voor een psychiatrische assistentiehond in het kader van de Jeugdwet, het PGB (Persoonsgebonden Budget) of de Wmo (Wet Maatschappelijke Ondersteuning). Maar de ene gemeente is strenger als het om deze aanvragen gaat dan de ander.
Om kans te maken op een vergoeding van de gemeente via de Wmo moet je hulpvraag passen bij de doelen van de Wmo. Deze kunnen bijvoorbeeld zijn het participeren in de maatschappij of het vergroten van iemands zelfredzaamheid.
Lees ook: Psychische problemen en je zorgverzekeraar: zo zit het
Ook een psychiatrische assistentiehond?
Een grote drempel voor het nemen van een psychistrische assistentiehond zijn dus de kosten. Mocht je deze kosten niet vergoed kunnen krijgen van je gemeente zijn hieronder een aantal opties om al deze kosten toch bij elkaar te sparen:
- Je kunt aankloppen bij een stichting zoals ‘De hond kan de was doen’ of ‘Stichting Financiering Hulphond’. Maar houd er rekening mee dat deze stichtingen veel meer aanvragen krijgen dan dat zij kunnen toekennen.
- Start een crowdfunding. Een populaire optie is om een crowdfunding op te zetten en deze te verspreiden. Dit werkt het beste als je zelf een groot netwerk hebt en als je open wilt en durft te zijn over je situatie. Ook kan het soms helpen je verhaal in te sturen naar een regionale krant.
- Zet je eigen talenten in! Sommige mensen kiezen ervoor om als onderdeel van een crowdfunding, of los daarvan geld in te zamelen door zelf producten of diensten aan te bieden zoals het maken van kunst of het geven van workshops.
- Je kunt er voor kiezen om je assistentiehond gedeeltelijk (onder begeleiding) zelf op te leiden. Dit houdt in dat je de hond al op jongere leeftijd in huis krijgt en zo kosten kan besparen. Maar pas wel op want een puppy opvoeden is veel werk, zeker in combinatie met psychische klachten. Maar mocht je dit denken aan te kunnen en/of een goed steunnetwerk hebben die je hierbij helpt dan kun je dit zeker overwegen.
- Wil je een PTSS-assistentiehond anvragen en heb je PTSS opgelopen omdat je in het verleden slachtoffer bent geweest van (seksueel) geweld? Dan kun je mogelijk in aanmerking komen voor een schadevergoeding van het Slachtofferfonds Geweldsmisdrijven.
Het is een erg grote keuze om voor een psychiatrische assistentiehond te gaan. De hond blijft een heel hondenleven bij je en vraagt om veel verantwoordelijkheid, zorg en aandacht. Ook kost het trainen van de hond veel tijd en moeite. Alhoewel veel mensen baat hebben bij een psychiatrische assistentiehond kan een hond in huis soms (tijdelijk) voor extra stress zorgen. Denk je erover na om zelf een psychiatrische assistentiehond te nemen? Neem dan je tijd bij deze grote keuze en laat je goed informeren bij de verschillende organisaties die assistentiehonden opleiden.
Vond je dit artikel interessant? Volg COMMEN. op Facebook, Twitter en Instagram voor meer verhalen over mentale gezondheid, of ontvang al onze artikelen via WhatsApp.
Heb je geen social media of geen zin om ons te volgen? Blijf op de hoogte van onze laatste artikelen via een snelkoppeling op je telefoon of schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang één keer per maand een mail met onze beste artikelen.