Elwin Goedgedrag: “Door het programma besef ik dus des te meer dat er een gigantische behoefte is om openlijk over dit soort kwetsbare onderwerpen te praten, helemaal onder mannen.”
Elwin Goedgedrag interview
In #jesuisdepri praten vijf jongeren over hun ervaringen met depressie. Het tv-programma won in november 2018 de MIND Antonie Kamerling Award. Deze prijs is bedoeld voor het boek, documentaire of programma dat het gesprek over psychische gezondheid het meest heeft bevorderd.
Een van de ervaringsdeskundigen die openhartig over zijn problemen sprak is Elwin (27). Deze Rotterdammer zat in tegenstelling tot de andere jongeren echter niet middenin een depressie, maar keek terug op deze turbulente periode. Dit maakt zijn verhaal echter niet minder indrukwekkend. Zo vertelt Elwin in gesprek met Jan Kooijman over hoe hij als puber continu aan zelfmoord dacht.
Hoe is het om voor heel Nederland zo openlijk over je problemen te praten? Hoe reageert je omgeving hierop? En waarom zaten er niet meer jongeren met een kleurtje in het programma? Daarover wilde ik Elwin graag wat vragen stellen. We spraken daarom op een uiterst druilerige dag af bij de Hogeschool van Rotterdam, waar hij studeert.
Michel: Waarom wilde je hier afspreken?
Elwin: Ik wilde hier afspreken omdat het de eerste school is waar ik mij thuis heb gevoeld. Ik ben op de basisschool en middelbare gepest en voelde mij niet thuis op mijn vorige hogeschool. Daarbij ontwikkelde ik depressie- en angstproblematiek, dus het was voor mij een heel bijzonder moment toen ik hier in mijn eerste jaar naar binnen stapte. Ik voel mij hier veilig en het is als een tweede huis voor me. Als het goed is ben ik eind deze maand klaar met mijn studie Social Work.
Het gaat je vast lukken! Zeg, we staan hier natuurlijk omdat jij meedeed aan #jesuisdepri. Jij blikte als enige terug op je depressie, en zat er niet middenin. Waarom deed je mee?
Ik heb altijd geprobeerd om als ervaringsdeskundige naar buiten te treden en werd op een gegeven moment voor het programma gevraagd. Ik dacht bij mezelf ‘ik doe het gewoon’. Bovendien breng ik zo wat meer kleurvariatie aan bij de deelnemers.
Ik heb zelf het idee dat het taboe op mentale gezondheid in de gemeenschap van mensen met een migratieachtergrond behoorlijk is. Herken je dat?
Ik denk wel dat dat klopt. Ik begeleid gespreksgroepen op de Hogeschool Rotterdam en daarin geven studenten van de Antillen bijvoorbeeld aan dat het woord depressie daar helemaal niet in het woordenboek voorkomt. Het is 1 big happy island en iedereen lacht en heeft het leuk. Het zou een no-go zijn om het te hebben over psychische kwetsbaarheid.
Persoonlijk heb ik vanaf jongs af aan al sporen achtergelaten waaruit blijkt dat het niet zo lekker ging. Ik was er echter wel heel erg teruggetrokken in en thuis spraken we ook niet over deze problemen. Terwijl nu, op latere leeftijd, mijn moeder vroeger ook trekjes van depressie vertoonde. Daarnaast had mijn vader last van verslavingsproblemen. De problematiek was dus wel aanwezig, maar ervoor gaan zitten, op tafel leggen en oplossen was er niet bij.
Ook interessant: Straatvraag: heb jij weleens aan zelfmoord gedacht?
Interessant om te horen. Hoe was het om een tv-programma op te nemen?
Het ging vooral heel snel. De opnames zijn denk ik binnen anderhalve maand gemaakt en we hadden zo’n vier afspraken nodig. Per afspraak werd besloten wat we op die dag zouden opnemen.
Ik vond het hele proces heel gek. De camera zat achter een spiegel geplakt waarna ik mijn verhaal in de lens moest vertellen. Vervolgens moest ik bij het beantwoorden van vragen in de ‘ik-vorm’ spreken, terwijl ik gewend om vanuit de tweede persoon te praten. Dit, gecombineerd met die spiegel waardoor je jezelf continu aankijkt, maakte het tot een behoorlijk aparte ervaring. We waren vaak uren bezig om het allemaal goed op beeld te krijgen. Pas zodra ik thuis kwam dacht ik bij mezelf ‘Dit komt binnenkort echt op tv’.
Het klinkt heel intens.
Lachend: Ja! Het was een behoorlijke mindfuck. Vooral de laatste aflevering, waarin ik het met mijn neef over mijn depressie heb, vond ik opmerkelijk. Wij zijn als broers voor elkaar, maar hij is juist één van die mensen waar ik mijn problemen niet mee heb gedeeld. Je komt er tijdens het filmen dus achter dat je helemaal niet zo open bent over je problemen dan gedacht.
Hoe reageerde de rest van je omgeving?
Mijn moeder is er inmiddels aan gewend dat ik mijn verhaal op tv doe. Drie jaar geleden was ik bijvoorbeeld bij Omroep Max over hetzelfde onderwerp te zien. Zij vindt het prima dat ik ronduit over vroeger vertel, als ik haar maar niet bij naam en toenaam benoem.
Het programma heeft ervoor gezorgd dat zij en ik opener zijn geworden naar elkaar. We zijn meer gaan praten over vroeger en hoe zij zich toen voelde. Daarnaast is het bijzonder dat kijkers contact met je zoeken via Facebook en social media. Ze vertellen heel openhartig over hun ervaringen met depressie en ineens heb je een heart-to-heart verbinding met compleet onbekenden.
Door het programma besef ik dus des te meer dat er een gigantische behoefte is om openlijk over dit soort kwetsbare onderwerpen te praten, helemaal onder mannen. Die connectie maken met onbekende mensen blijft ontzettend bijzonder.
Ben je ook wel eens herkend?
In Utrecht een keertje. Net na de tweede uitzending van het programma zat ik met een bekende te lunchen, waarna een vrouw langs ons tafeltje liep. Ze zegt ineens “Ik herken jou. Jij zit in #jesuisdepri, ik heb het van de week nog gezien.” In die periode dacht ik ook dat mensen mij nét iets langer dan gebruikelijk aankeken tijdens het voorbijlopen. Ik weet niet of dit echt zo was, maar in mijn hoofd kon ik het alleen koppelen aan het programma.
Je bent nu bijna klaar met je studie: wat zijn de plannen voor hierna?
Eerlijk gezegd ben ik nog gigantisch zoekende. De afgelopen vier jaar ben ik al ontzettend actief geweest als ervaringsdeskundige en ik ben ook bevoegd om anderen hierin te trainen. Daarnaast ben ik dus bijna klaar met mijn studie en heb ik inmiddels een hoop ervaring in Social Work opgedaan. Ik weet alleen niet of ik mijzelf dit de komende 50 jaar zie doen.
De afgelopen maanden zit ik daarom ontzettend met mezelf in de knoop. Wat wil ik precies doen? Wat voor werk ga ik zoeken? Moet ik snel een baantje zoeken omdat ik anders de huur niet kan betalen? Nu heb ik al die ideeën opzijgezet, en ga ik eerst twee maanden met m’n vriendin naar Panama en Costa Rica. Ik hoop dat ik daar tot nieuwe inzichten kan komen.
De enige zekerheid die ik nu zie is dat ik een opleiding tot logotherapeut wil volgen. Hierbij help je mensen met het zoeken naar zingeving. Je beantwoordt dus vragen als ‘Wat is jouw reden om te leven?’ Ik ben op mijn gelukkigst wanneer ik met mensen praat over hun passie, dus dat is een goede opleiding voor mij.
Je hebt je vriendin pas na het programma leren kennen. Hoe gaat zij met jouw verleden om?
In oktober van 2017 kwam ik in een burn-out terecht en af en toe geeft dat nog steeds een klap. Sindsdien ben ik niet helemaal mezelf meer, ik ben bijvoorbeeld minder optimistisch dan voorheen. Op sommige momenten ben ik dus superkritisch op mezelf. Als partner maakt zij dat heel intensief mee. Voor ons beiden is dit lastig. Ik denk namelijk dat ik genoeg communiceer met haar, terwijl zij dit niet zo ervaart.
Gelukkig zijn wij als ying en yang. Ik ben zachtaardig van karakter en heel empathisch richting anderen. Zij is meer een combinatie van empathisch en zakelijk en gewend om haar eigen boontjes te doppen, terwijl ik heb moeten leren om samen de boontjes te doppen. Door met elkaar te praten komen we er zo samen altijd wel uit. Haar iets strakkere karakter zorgt er daarnaast voor dat ik niet zo snel in problemen blijf hangen.
Lees meer interviews met (on)bekende mensen over taboedoorbrekende onderwerpen