Al lange tijd ervaar ik een gevoel van neerslachtigheid en een soort verdoofd gevoel. Ik geniet niet van dingen waar ik normaal gezien wel van zou moeten kunnen genieten. Voor mij is dit inmiddels normaal geworden, echter kan ik niet zeggen dat ik op deze manier tevreden ben over mijn leven. Na 3 jaar komt het er dan ook uit, ik heb een persisterende chronische depressie, oftewel dysthymie. In dit artikel vertel ik je er meer over.
Wat is dysthymie
Dysthymie of persisterende depressieve stoornis is een vorm van depressie waarbij iemand al minstens 2 jaar bijna dagelijks een sombere stemming ervaart. Deze vorm van depressie is vaak lichter of minder intens dan een normale depressie en wordt daarom vaak ook niet herkent als depressie. Daarnaast speelt het al zo lang in iemands leven dat het meer als iemands persoonlijkheid wordt gezien dan als een werkelijke depressie.
Net zoals een gewone depressie kenmerkt dysthymie zich met klachten als vermoeidheid, hopeloze gevoelens, slechte eetlust, concentratieproblemen een negatief zelfbeeld. Echter bij dysthymie zijn het aantal klachten en de intensiteit ervan vaak minder. Wel moeten de klachten minstens 2 jaar aanwezig zijn.
Lees ook: Een omgekeerde depressie: over atypische depressie
Daarnaast ervaart een persoon met dysthymie vaak schommelingen in de stemming. Sombere perioden zijn niet altijd aanwezig en worden soms ook afgewisseld door perioden dat iemand zich wat beter voelt. Echter is dit nooit lang en komt de somberheid vanzelf weer terug.
Dit maakt niet dat deze vorm van depressie minder zwaar is. Iemand met dysthymie voelt zich nooit helemaal goed en ervaart weinig klacht vrije dagen. De klachten zijn dan misschien niet zo intens, maar er zijn wel altijd klachten van een depressie aanwezig. Dit heeft vaak dan ook effect op verschillende gebieden uit iemands leven zoals werk en sociale gelegenheden.
Hoe ziet het er bij mij uit
Ik heb lang niet geweten dat ik chronisch depressief was, maar wat ik wel wist, was dat ik niet gelukkig was met mijn leven. Tijdens het afspreken met vrienden kan ik niet genieten. Het voelt alsof er een soort blokkade zit op mijn emoties.
Ik heb vaak genoeg dat ik denk dat ik iets hoor te voelen, zoals verdriet bij een overlijden. Maar dat heb ik niet altijd. Ik ga dan ook twijfelen aan mezelf en het voelt niet als normaal. Als ik in de avond in bed lig dan voel ik soms wat, meestal verdriet omdat dingen niet lukken. Zelfs dan wil ik huilen, maar dit lukt niet. Uiteindelijk laat me dat me nog slechter voelen, want ik wil iets voelen, maar dat lukt niet altijd.
Op mijn werk komt dit naar voren in dat ik vaak moe en futloos voel, wat ik niet altijd probeer te laten zien door juist het tegenovergestelde te gaan forceren. Na zo een dag ben ik dan alleen maar nog meer uitgeput en voel ik me schuldig dat ik me niet 100 procent heb kunnen inzetten.
Ik heb periodes gehad dat ik bijna dagelijks sportte. Dit omdat ik hierin enige frustratie kwijt kon en het me even wat beter liet voelen. Maar dit resulteerde vaak in blessures, waardoor ik er weer mee stopte en me wederom teleurgesteld en waardeloos voelde.Een balans vinden lukte niet, aangezien ik te veel frustratie had wat niet wegging met maar een paar keer sporten.
Hoe ontstaat dysthymie
Dat is een vraag die ik mezelf ook vaak heb gesteld de laatste tijd. Hoe kan het dat ik gewoon niet kan genieten van de simpele dingen en niet weten waar het dan vandaan komt. In eerste instantie dacht ik dat het kwam door de sociale angstklachten waar ik al langere tijd tegenaan liep. Ik kon toen moeilijk het onderscheid maken tussen angstklachten en somberheidsklachten.
Uiteindelijk ging ik dan ook op zoek naar dingen die logisch gezien de angstklachten zouden verminderen. Ik ging sporten en zocht nieuwe hobby’s. Dit deed echter niks. Het werd eerder erger omdat ik telkens teleurgesteld raakte in mezelf dat ik gewoon niet kon genieten van die dingen.
De teleurstelling en continu alleen maar tegenslag voelen werd kwamen uiteindelijk op het punt dat ik dacht “nu moet er iets veranderen”. Ik gaf het aan bij de psycholoog waar ik in behandeling was. Uiteindelijk kwam zij tot de conclusie dat een psychodiagnostisch onderzoek uitkomst zou kunnen bieden.
De uitkomst
Het onderzoek duurde lang, het wachten op de uitkomst ervan nog langer. Er werden veel dingen over het verleden en mijn familie opgehaald. Dit zette me veel aan het denken en niet per se op een positieve manier. Toen er eindelijk een datum voor de uitslag in zicht was, kreeg ik langzaamaan weer wat hoop. Hoop dat deze uitslag me eindelijk verder zou helpen.
Maar helaas, de uitslag kwam hard binnen, naast een persoonlijkheidsstoornis en sociale angst kwam er ook nog een persisterende depressieve stoornis, oftewel dysthymie uit. De depressieve gevoelens kwamen na de uitslag dan ook hard naar boven.
De reden waarvoor ik toen hulp zocht was hetgeen wat nu 10x zo hard naar boven kwam. Na 4 weken was het gezakt en werd alles me duidelijker. Ik kon langzaam aan gaan accepteren wat nou de oorzaak was van deze depressieve stoornis. Ik zal dan ook vanaf het begin beginnen.
Lees ook: De zoektocht naar mijn passie maakte mij alleen maar depressiever
Het begin
Als klein kind was ik altijd onzeker en verlegen. Ik was niet het type kind dat het grootste woord had en zelf initiatief nam. Vanaf groep 6 begon ik dit op te merken. Ik was niet zo zelfverzekerd als klasgenootjes en durfde niks te zeggen. Mijn ouders merkten dit op en hadden me op toneelles gezet, wat voor mijn gevoel totaal nutteloos was.
Op de middelbare school was het niet veel beter. Ik was heel verlegen en onzeker en probeerde me continu aan te passen aan de populaire kinderen. Ik ging mijn kleding aanpassen en probeerde gedrag te kopiëren. Alles om maar het gevoel te hebben erbij te kunnen horen. Want zelfs binnen mijn vriendengroep, voelde het alsof ik er niet bij hoorde.
Thuis ging het ook niet goed. Mijn moeder kreeg borstkanker en mijn broertje werd van school afgestuurd en zorgde voor veel problemen thuis. Avonden lag ik wakker omdat mijn ouders en broertje stonden te schreeuwen, soms werd er ook met spullen gegooid. Ik verschool me op mijn kamer en probeerde het te negeren.
Op een bepaald punt was ik het zat, nadat mijn broertje geld van mij had gestolen en ik een avond het huis uit was gegaan omdat ik bang was voor mijn broertje, besloot ik me ermee te bemoeien. Elke keer als er weer ruzie was boven, zei ik er wat van. Ik kreeg echter telkens terug dat het niet mijn zaken waren en ik me er niet mee moest bemoeien.
Uiteindelijk gaf ik het op, want er werd toch niet naar me geluisterd. Zelfs niet door mijn eigen ouders. Vanaf toen voelde het thuis ook niet meer dat ik erbij hoorde. Niemand wist van mijn thuissituatie, want ik was bang dat als ik het aan vrienden zou vertellen het alles alleen maar erger zou maken.
Het keerpunt
Totdat ik op mijn 17e een relatie kreeg. Hij werd voor mij een uitlaatklep en liet mij geaccepteerd voelen. Ik durfde te vertellen over mijn thuissituatie en hij gaf me het gevoel dat ik er mocht zijn. Hij was de eerste bij wie het voelde dat ik belangrijk genoeg was. Ik investeerde alles in deze relatie, niet wetende dat dat ook nadelen had.
Het voelde alsof ik in een soort bubbel leefde waarin niks of niemand wat kon verpesten. Ik sloot me af voor anderen, ik had immers al iemand die mij alles gaf wat ik nodig dacht te hebben. Ondertussen ontstonden er al wat scheurtjes in die bubbel, maar ik was te gelukkig om dat te zien.
Na 2 jaar ging het uit en was ik ineens alleen. Ik had zo veel in de relatie geïnvesteerd dat ik mijn vrienden verwaarloosde en dus ineens alleen was. Want mijn ouders gaven mij ook niet de steun die ik nodig had. Uiteindelijk belandde ik in een depressie en besloot ik hulp te zoeken. Dit is inmiddels 4 jaar geleden.
Wat heeft dit te maken dan met dysthymie
In die 4 jaar dat ik bij mijn psycholoog in behandeling was begon ik steeds meer te leren over de patronen binnen mijn familie en dat, tot op de dag van vandaag, die patronen mij nog steeds meer kwaad dan goed doen. Iets wat ik nog steeds niet altijd hardop durf te zeggen, omdat ik ergens niet wil dat het waar is.
Maar uiteindelijk speelt het wel voor een groot deel mee in waarom ik me vaak ongelukkig voel. Het vroegtijdig al niet betrokken worden en weinig emotionele steun krijgen zorgen er nu voor dat ik niet voor mezelf op durf te komen, me niet belangrijk voel en ik mijn emoties niet op een normale manier kan verwerken.
Allemaal dingen waardoor ik me ongelukkig door voel en bijna niet kan genieten van dingen waar anderen wel gewoon van kunnen genieten. Ook al heb ik meer zicht op wat me dan ongelukkig maakt, het zorgt niet meteen voor een oplossing.
Iets waar je al jaren mee rondloopt is ook niet iets wat dan zo opgelost is. Dat is wel iets wat ik de laatste tijd heb moeten gaan accepteren. En het zal niet altijd makkelijk zijn, maar dat hoort er ook bij.
Maar wat helpt dan wel
Wat ik de laatste jaren wel heb gemerkt dat het altijd belangrijk is om toch met iemand te praten over waar je mee zit. Dit kan een vriend of familie zijn, maar een psycholoog of therapeut kan ook helpen als je niet met je vrienden of familie erover wil praten. Het is echt oké om hulp te vragen, je hoeft niet altijd alles alleen op te lossen.
Wat mij verder helpt is dat ik op de dagen dat ik me niet per se heel slecht voel, lijstjes maak van dingen die die week of de volgende dag gedaan moeten worden. Voornamelijk voor in het huishouden, denk aan de afwas doen, stofzuigen of de planten water geven. Deze dingen moeten altijd wel gebeuren.
Zo heb ik namelijk op de dagen dat ik me wel echt slecht voel, dingen die ik kan en eigenlijk ook moet gaan doen, als een soort stok achter de deur. De afleiding zorgt er namelijk voor dat ik even niet bezig ben met de sombere gedachten die ik dan heb, uiteindelijk zakt de somberheid dan wat.
Wat mij verder ook wel helpt is om af en toe gewoon helemaal niks doen. Ik zoek vaak juist veel afleiding of hou me de hele tijd bezig, met als doel om sombere gedachten tegen te houden. Maar dat kost me juist veel energie, omdat ik telkens doe alsof ik me goed voel.
Lees ook: Hoe acceptatie mij hielp bij mijn herstel van depressie
Af en toe niks doen is dan ook wel echt lastig, omdat ik bang ben voor de gevoelens en gedachten die dan naar boven kunnen komen. Maar het helpt me juist dan wel om even wat meer te voelen en niet te doen alsof alles goed gaat. De gevoelens zitten er namelijk en kan je niet ineens wegstoppen, maar ze worden uiteindelijk wel weer minder.
Tot slot
Kortgezegd is dysthymie niet iets wat heel makkelijk te herkennen is. Echter heeft het wel een grote impact op het leven van iemand. Daarom helpt het om er toch altijd over te praten of hulp te zoeken. Je bent echt niet de enige en uit ervaring weet ik dat je zo voelen niet oké is, ondanks dat je het zo gewend bent.
Vond je dit artikel interessant? Volg COMMEN. op Facebook, Twitter en Instagram voor meer verhalen over mentale gezondheid, of ontvang al onze artikelen via WhatsApp.
Heb je geen social media of geen zin om ons te volgen? Blijf op de hoogte van onze laatste artikelen via een snelkoppeling op je telefoon of schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang één keer per maand een mail met onze beste artikelen.