Daar was ‘ie weer, zomaar op de voorgrond. Een druk op mijn borst, een verstikkend gevoel in mijn keel en een zwaar zwart onzichtbaar deken hangend op mijn schouders. Ik draag het altijd bij me, alleen nu was ‘ie weer zwaarder dan ooit. Zwarter dan ooit.
Hoeveel figuurlijke push-ups ik ook deed in mijn hoofd, hoeveel open gesprekken ik ook voerde met mijn vriendinnen, het gevoelloze bleef ondraaglijk voelen. Ik voelde me een leeg wit canvas, een bodemloze put, een lege oceaan wars van levensmoeheid.
Daar was ‘ie weer, zomaar op de voorgrond. De depressie zette me weer in de schaduw, stal weer alle mogelijke lichtpuntjes en ving me in haar meedogenloze retoriek van “het wordt nooit meer beter”. Maar de depressie liegt. De depressie wil niet dat je beter wordt, want dan kan ze niet op de voorgrond de show van je leven stelen. Maar ik verdien het om in mijn eigen leven zelf in de spotlights te staan. Ik wil niet de depressie de rest van mijn levensverhaal laten schrijven.
Lege pagina’s met geen enkel sprankeltje hoop: dat verdient niemand, ook ik niet. Maar hoe kom ik eruit? Dit is mijn vijfde depressie, dus ondertussen zou ik wel moeten weten hoe ermee om te gaan. Zo weet ik dat ik mezelf niet moet isoleren in mijn eigen depressieve wereld. Het is belangrijk om vrienden te blijven zien, te blijven surfen, gezond te blijven eten, te blijven mediteren en vooral hulp van anderen te accepteren. Dit deed ik dus allemaal weer.
Diepgewortelde schaamte
Alleen, het hielp niet. Dit liet me schrikken. Ik dacht dat ik mijn depressie op tijd zag aan komen lopen, om weer op de voorgrond in mijn hoofd te verschijnen. Weer was de depressie mijn prefrontale cortex met subtiele verdovingen en misleidende gedachtes komen verstoren. Ik weet wel beter, maar ik werd niet beter. Hoe ik bij mijn vorige depressie, mijn vierde, eruit ben gekomen vertel ik niet vaak. Ergens omdat ik me er diep van binnen een beetje voor schaam.
Die schaamte doemde weer op, toen ik een mailtje las voor de expositie ‘OPEN over depressiviteit’. Ik had besloten deel te nemen aan een expositie als een van de dertig jonge ervaringsdeskundigen van depressie. Hiervoor waren we allemaal op de foto gezet en werd er bij elk verhaal één woord in het groot uitgelicht.
Mijn woord was: medicatie. Mijn primaire reactie verraadde mijn diepgewortelde schaamte. “Ik weet niet of ik me wel prettig voel bij ‘medicatie’ als mijn woord,” was mijn reactie. Met mijn kwetsbare hoofd en mijn verhaal over depressie in het Vondelpark staan deed ik zonder enige verlegenheid. Maar blijkbaar was verklappen dat ik medicatie slik een brug te ver.
Zo voelde het althans voor mij, alsof ik met dit woord uit de kast kwam. Eigenlijk wilde ik niet dat anderen weten dat ik antidepressiva gebruik, omdat ik net als anderen het leven gewoon op mijn eigen houtje wil doen en aankunnen. Ik ben bang dat mensen me zwak gaan vinden als ze dit van me weten. Dus ik vertelde Mirjam van Stichting Open Mind, de initiatiefnemer van de expositie, dat ik een ander woord wilde. Vol begrip antwoordde ze dat dit geen probleem was.
Lees ook: Hoe je op een liefdevolle manier omgaat met je depressie
De schaamte voor antidepressiva doorbreken
Het bleef me echter bezighouden. Na een paar dagen berichtte ik “Laten we het toch bij het woord ‘medicatie’ houden. Het lag aan mij, dat ik daar soms nog wel moeite mee heb, om daar open over te zijn. Maar juist daarom moet ik het doen. Om die schaamte te doorbreken.”
Daar stond ik dan, met mijn kop en het uitgelichte woord ‘medicatie’ in hartje Amsterdam. Ik voelde me allesbehalve zwak, maar juist sterk dat ik open was over mijn gebruik van antidepressiva. Met dertig zwart-wit portretten vertelden we allemaal ons eigen verhaal over onze depressie en maakten we de wereld een stukje minder alleen.
Ik, die als vijftienjarig meisje dacht dat mijn vader de enige was met een depressie en later ikzelf als zeventienjarige dacht dat ikzelf de enige was, kon nu zien: ik ben niet de enige in de wereld. Met mijn deelname aan deze expositie hoopte ik het gesprek over de donkere kanten van het leven op gang te brengen. Juist door met elkaar te praten, leer je dat je niet raar of gek bent.
Mensen kunnen een spiegel voor elkaar zijn: we kunnen samen uitvogelen hoe het leven te leven. Met de nadruk op sámen, want leven hoef je niet alleen te doen. Zo hoef ik ook het leven niet alleen te doen. De hulp van antidepressiva heeft me voor het eerst in tijden een goede periode van langer dan een jaar gegeven.
Weer depressief
Toch, zoals ik in het begin van dit artikel schreef, ben ik nu weer depressief. Depressie is iets wat ik altijd bij me draag, het is altijd op de achtergrond. Alleen staat het nu weer op de voorgrond. Zo ook gebeurde dit laatst bij een vriendin van mijn moeder. Zij heeft 22 jaar lang antidepressiva geslikt, pas sinds vorig jaar slikte ze deze niet meer. Het ging toen een tijdje best goed, tot afgelopen zomer, toen raakte ze weer in een depressie. Uiteindelijk is ze afgelopen oktober door suïcide overleden. Dat laat heel goed zien dat depressie altijd een onderdeel van je leven blijft zijn.
Het is leren leven met je depressiviteit: zelf heb ik er ook mee moeten leren leven én leer ik er nog steeds mee leven. Het was een behoorlijke klap om voor de derde keer in mijn leven – na mijn vader en neef – afscheid van een dierbare te nemen die er zelf een einde aan heeft gemaakt. Steeds meer leer ik hoe het genetische aspect een grote rol kan spelen bij de ernst van een depressie en hoe het met medicatie te behandelen is. Dit zie ik niet alleen in mijn omgeving maar vooral ook bij mezelf. Ongeacht wat ik ook doe, de depressie blijft onherroepelijk terugkomen. Ik probeer mezelf toe te laten dat ik niet alle controle erover heb, maar dat een deel echt hormonaal en genetisch van aard is.
Heel lang ben ik tegen medicatie geweest, maar ik probeer mezelf er meer voor open te stellen. Zo weeg ik bij mezelf de volgende vragen af: Heb je liever dat je al dood bent in het leven? Of gun je jezelf het leven te leven op jouw mogelijke manier, namelijk met behulp van medicatie? Ik wil niets liever dan leven, maar soms voel ik me zo doods. Als medicatie mij helpt om het leven tenminste te kunnen leiden, dan gun ik mezelf dat. Dat ik een pilletje slik maakt me niet zwak, maar juist sterk omdat ik mezelf het leven gun. Het maakt het net allemaal wat makkelijker om uit bed te stappen en de wereld aan te gaan.
Lees ook: We moeten kwetsbaarheid op een nieuwe manier gaan bespreken
Antidepressiva: Mythe van een wonderpil
Let wel, medicatie is slechts één van de vele voedingen voor mijn draagkracht voor het leven. Vrienden zien, surfen in de zee, mijn dankbaarheidsboekje, dagelijks mediteren, blijven bewegen en gezonde voeding zijn even belangrijk. Het is een mythe te denken dat antidepressiva een wonderpil is. Deze mythe wil ik dan ook doorbreken en vertellen dat niemand zich zou hoeven schamen voor medicatie. Het vergt juist zo veel kracht en moed om “ja” te zeggen tegen het leven door je open te stellen voor medicatie, terwijl je depressie je blijft vertellen dat het leven niets waard is.
Inmiddels ben ik al enkele weken een verhoogde dosering aan het slikken en ik merk nu al dat dit effect heeft. “Als ik me zo mag voelen, dan kan ik wel in leven blijven”, zei ik tegen mijn moeder. Het voelde alsof de druk op mijn borst weg was, de mist in mijn hoofd was opgelost en ik had weer een sprankeltje hoop. Ik wil hiermee niemand aanmoedigen om pillen te slikken zodra je je even niet goed voelt. Nee, juist diegenen die zich ongeacht alles niet goed blijven voelen, verdienen het om zich te ontkleden van schaamte en hun eigen weg naar het leven terug te vinden.
Of daar nu medicatie voor nodig is of niet, iedereen die een onmenselijk tekort heeft aan levenslust verdient het om een menswaardig leven te leiden.
Vond je dit artikel interessant? Volg COMMEN. op Facebook, Twitter en Instagram voor meer verhalen over mentale gezondheid, of ontvang al onze artikelen via WhatsApp.
Heb je geen social media of geen zin om ons te volgen? Blijf op de hoogte van onze laatste artikelen via een snelkoppeling op je telefoon of schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang één keer per maand een mail met onze beste artikelen.